Phlizz
Online magazine van het Lewis Carroll Genootschap
Als je, net als ik, al geruime tijd Carroll gerelateerde boeken, geschriften, brochures en pamfletten verzamelt, kom je soms vreemde dingen tegen. De ene keer bestaat er een (zeer) verre verwantschap met Alice en/of Lewis Carroll, de andere keer ligt die verwantschap meer voor de hand. Onder het kopje “Curieuze Carrollachtige adepten/verwijzingen” Als je, net als ik, al geruime tijd Carroll gerelateerde boeken, geschriften, brochures en pamfletten verzamelt, kom je soms aparte dingen tegen. De ene keer bestaat er een (zeer) verre verwantschap met Alice en/of Lewis Carroll, de andere keer ligt die verwantschap meer voor de hand. Onder het kopje “Curieuze Carrollachtige adepten/verwijzingen” licht ik er in Phlizz een aantal van uit die in Nederland zijn verschenen.
De tweede aflevering van (gast)optredens van Carroll-personages in stripverhalen is een wat spannender uitvoering. Een erotische verhaalstrip van beide Alice-boeken door Wallace Wood. [1]
Vlijtig Liesje in Wonderland
Uit Wikipedia haal ik het volgende: “Wallace Allan Wood (1927-1981) was een Amerikaanse stripboekenschrijver, kunstenaar en onafhankelijke uitgever. Wood heeft honderden strippagina’s getekend en creëerde de langlopende personages Sally Forth en Cannon.
Wood had een groot deel van zijn volwassen leven chronische, onverklaarbare hoofdpijnen. In de jaren zeventig kreeg Wood, na aanvallen van alcoholisme, nierfalen. Een beroerte in 1978 veroorzaakte het verlies van het gezichtsvermogen in één oog. Geconfronteerd met afnemende gezondheid en carrièrevooruitzichten, schoot hij zichzelf dood in Los Angeles op 2 november 1981. Tegen het einde van zijn leven zou een verbitterde Wood gezegd hebben, ‘Als ik alles opnieuw moest doen, zou ik mijn handen afhakken.’”
In 1980 en 1981 maakte Wood twee uitgaven van een volledig pornografisch stripboek, getiteld Gang Bang I en II. Deze uitgaven bevatten onder meer een seksueel expliciete versie van Disney’s Sneeuwwitje en de zeven dwergen (So White and the Six Dorks), Prins Valiant (Prince Violate) en Tarzan (Starzan). Een derde deel, gepubliceerd in 1983, bevatte nog drie seksueel expliciete parodieën waaronder die van Alice in Wonderland (Malice in Blunderland), tevens titel van deze stripuitgave.
Een aantal van deze erotische stripverhalen is door uitgeverij CentriPress b.v. te Bussum bij elkaar gebracht in het stripboek Wallace Wood en het Sprookjesbos. Deze uitgave dateert uit 1980 en is nog redelijk verkrijgbaar. De naam van de vertaler ontbreekt. In 1990 heeft uitgeverij Gods Press te Amsterdam dit stripboek ook in een Duitse vertaling uitgebracht onder de titel Zaubermehrchen. Het enige verschil hierbij was, dat in de Duitse uitgave een pagina met een korte biografie van Wallace Wood was toegevoegd, maar daardoor de Nederlandse titelpagina ontbrak. De Engelse titel van de Alice-parodie is Malice in Wonderland, de Duitse titelversie is Alice in Bumserland.
In het stripbundelboek (24×32 cm, 60 blz.) Wallace Wood en het Sprookjesbos zijn 11 zwartwit erotische parodieën van “bekende” sprookjes/vertellingen in stripvorm opgenomen, waaronder Alice in Wonderland, Hans & Grietje en Sneeuwwitje. Zie voor de andere strips bijgaande titelpagina. Ik zal me alleen richten op de eerste strip in de bundel : Vlijtig Liesje in Wonderland dat stamt uit 1976. Zestien pagina’s om zowel Wonderland als Spiegelland in beeld en tekst samen te vatten. Op voorhand natuurlijk een onbegonnen zaak. Scènes uit beide boeken lopen door elkaar heen, waarbij Alice ondertussen het zwaar te verduren krijgt.
Om een ruwe inhoudelijke schets te geven: oom Louis (!) heeft Liesje voor een picknick uitgenodigd, Liesje valt in slaap en merkt na het wakker worden dat oomlief in een groot wit konijn is veranderd. Na de val in het konijnenhol, vindt eerst de theevisite plaats, daarna in volgorde de ontmoeting met de “kuttekat”, de rups, de tweeling, de parade, Humpty Dumpty, de Witte Ridder, het huis van de Hertogin, het huisje van het konijn, de Walrus en de Timmerman en als laatste een soort eindspel om terug bij haar moeder uit te komen.
Bij de eerste tekening van het verhaal zijn we getuige van het drogeren van Alice. Waar ben ik trouwens vaker dit soort dingen de laatste jaren in nieuwsprocessen tegengekomen? Achtereenvolgens worden nu de Engelse versie (een suikerklontje), daarna de Duitse (een bonbon) en de Nederlandse versie (een snoepje) van het eerste stripje getoond. Om een idee te geven van Wallace’s tekenstijl hierna nog een paar tekeningen.
Wallace heeft goed naar de illustraties van Tenniel gekeken. Veel van de opgevoerde gebruikelijke Alice- figuren lijken sprekend op de personages die Tenniel heeft ontworpen.
Er zijn ook 3 gedichten meegenomen. Ik geef de tekst van de eerste strofe van elk van de opgenomen gedichten. De opgevoerde gedichten zijn maar voor een gedeelte van het origineel bewerkt!
Vader Schaamhaar (Father William):
Oud, zijt gij, Paai Schaamhaar, zei laatst maal een knaap,
En het leven wordt grijsaards tot last,
Toch staat hij nog immer rechtop uwen jaap,
En hangt ‘ie alleen als u plast.
Wauwelwok (Jabberwocky), 2 strofen:
1.
‘Was drillig, en de grippe tong gleed grollig door de lekke spleet,
De nymfomane dokwerkster lag lijmend in ‘négligéet.
Wallereus en Timmerman (the Walrus and the Carpenter):
Leer je lieve charmes geven! Mens, durf te leven!
Hete zoenen, warme nachten, dijen kleven!
Deze wijfies zijn zacht en rijp…Ik laat ze roken een zware pijp!
Uiteindelijk weet Liesje weer haar weg terug naar huis te vinden, waarschijnlijk blij te kunnen ontsnappen aan haar belagers met de gedachte wat heb ik allemaal niet moeten doorstaan om uit deze strip te kunnen ontsnappen!
Het laatste stripverhaal (3 pagina’s) in Wallace en het Sprookjesbos, Mijn Wereld, beschrijft zijn wereld in New York, volgens hem de westelijke hoofdstad van de zonde en eindigt met het onderstaande stripje. Een gekweld man blijkt hieruit.
[1] Noot van de redactie: Het is bij al deze uitgaven tamelijk seksistisch, maar dat is ook wel een beetje een tijdsbeeld, zou je kunnen zeggen. Deze, naar onze mening binnen zekere grenzen blijvende, bijdrage is in lijn met één van onze doelstellingen: de receptie van Carrolls werken in Nederland in kaart brengen. Waarmee we ook willen zeggen, dat we niet álles zomaar zouden plaatsen.
[print_button]